woensdag 21 september 2011

De man met de buil 10

Grootse dingen gebeuren meestal wanneer je even niet kijkt. Het ene moment sta je omhoog te staren naar een afgrijselijk, afbladderend kruisbeeld en het volgende blijk je getrouwd. Of sta je tomaten te keuren en eindig je in een kinderstoel met een wapen op je schoot. Niemand die dat ziet aankomen. Geluk zit in een klein straathoekje.

zaterdag 17 september 2011

De man met de buil 9

Wanneer we eindelijk naar buiten getrippeld zijn, zie ik een groene Ford Fiesta zo snel de bocht om vliegen dat hij enkele seconden op twee wielen rijdt. Aan alle achteruitkijkspiegels bengelen kleurrijke bloemenkransen en de deur aan de passagierskant is rood in plaats van groen. De enige minder subtiele vluchtauto was de pausmobiel geweest. Linda staat een meter achter me en drukt nog steeds met gestrekte arm haar wapen tussen mijn schouderbladen.

De auto stopt met piepende banden vlak voor onze voeten - en de bewakingscamera. De grote opent de rode deur. Hij heeft een bruine panty over zijn hoofd getrokken. Jammer dat hij daar niet aan gedacht heeft vóór hij de supermarkt binnen ging.

“Wat doet hij hier?” Voor zover ik dat kan onderscheiden, staat zijn gezicht grimmig.
“Hij kan van pas komen, Benny. Instappen, mannetje.” Ze port me.
“Hij kan niet zitten, Linda.”

Panty Benny heeft gelijk. Op de achterbank staat een kinderstoel op de tweede zitplaats. Veel tijd hebben we echter niet meer. Degene die de camerabeelden bekijkt, heeft intussen de tijd gehad om de nummerplaat uit zijn hoofd te leren. Dus stap ik in en wring me in de kinderstoel. Daarbij moet ik mijn hoofd in een hoek van vijfenzeventig graden tegen het dak van de auto plooien. Pas als we de supermarkt een behoorlijk eind achter ons hebben gelaten, merk ik dat ik opnieuw zit te grijnzen.

zaterdag 10 september 2011

De man met de buil 8

Terwijl Bubbles allerlei spullen van de rekken molenwiekt, lopen haar twee handlangers met een rode, stoffen zak onder de arm naar de uitgang. De grootste heeft een legerbroek aan met een spannend groen shirt erboven en heeft schouders die eruit zien als een stormram. De kleinste is gedrongen en heeft een enorme tatoeage over de hele lengte van zijn arm en een glinsterende ketting aan zijn versleten jeans. Onderweg trapt de lange op iemands been. De man die aan het been hangt springt kermend recht en begint een huppeldans om zijn eigen as. Gealarmeerd brult Bubbles dat hij onmiddellijk terug moet gaan liggen. De man wankelt wat, maar hinkelt uiteindelijk gewoon verder. Daarop richt Bubbles haar geweer op het plafond en lost ze een schot. Een echt.

Plots merk ik dat mijn buik tintelt. Dit gevoel heb ik al die jaren gemist. Later zullen de beelden van de bewakingscamera tonen dat ik plots een gelukzalige glimlach op mijn gezicht krijg, alsof ik een openbaring heb gehad. En dat is precies wat er gebeurde.

Terwijl alle aanwezige vrouwen, Bubbles inclusief, in koor beginnen gillen word ik ondergesneeuwd door neerdwarrelende kalk. De lange buldert door het gegil heen dat Linda – Bubbles heet eigenlijk Linda – godsamme moet kalmeren en mee naar buiten moet komen. De kleine is nergens meer te bekennen. Ik hoop maar dat ze een vluchtauto hebben. Met mijn handen in mijn zakken sta ik te wachten tot Linda het op een lopen zet. Hier heb ik al die tijd op gewacht: haar te zien wegrennen op die maffe schoenen van haar. Helaas is dat buiten mevrouw gerekend. Ze drukt de loop van de revolver tussen mijn schouderbladen en sist: “Meekomen, mannetje.”

vrijdag 9 september 2011

De man met de buil 7

Er gebeurt vanalles tegelijk.

zaterdag 3 september 2011

De man met de buil 6

Nadat Bubbles drie bellen heeft geblazen en haar revolver achter haar broeksriem heeft gestoken, zet ze haar handen in haar zij.
“Jij bent grappig.”
Ik knipper een keer traag met mijn ogen en kijk dan over mijn schouder. Ze barst in lachen uit.
“Dat bedoel ik nou! Funny mannetje!”
Ze heeft een Hollandse tongval. Een tong waar, zo merk ik nu, een blinkende piercing doorheen zit.
“Hoe kom je aan die rare buil op je kop?”
In normale omstandigheden is het voor mij onmogelijk om het verhaal te vertellen zonder een krop in de keel te krijgen. Gelukkig zijn dit geen normale omstandigheden. Ik heb namelijk nog steeds een vrouw met een revolver voor me. Ik moet dit slim spelen. Niet de emotionele toer opgaan. Indruk maken.
“Opgelopen bij een arrestatie na een overval. Je moet trouwens uitkijken met die revolver in je broeksriem. Zo’n ding kan afgaan voor je er erg in hebt. Hebben jullie trouwens het stille alarm gecontroleerd? Je wilt niet hebben dat de politie hier zo meteen voor de deur staat.”
Een tijd lang, uren lijkt het wel, staan we met open mond tegenover elkaar. Ik kan niet geloven wat ik net gezegd heb en heb geen flauw benul waar het vandaan kwam. Zij kan duidelijk niet geloven dat ze niet aan het stille alarm hebben gedacht. Ze doorbreekt de stilte voor de storm dan ook brullend en vervaarlijk in het rond zwaaiend met haar glimmende wapen.

vrijdag 2 september 2011

De man met de buil 5

Ik heb mijn positie in de wereld nooit als een voordeel gezien. Het grootste deel van de tijd zag ik het niet eens als een positie, maar vond ik mezelf er maar wat achteraan bengelen. Op momenten als deze blijkt het feit dat ik in de achtergrond kan opgaan echter in mijn voordeel te spelen. Elk ander zou een kogel moeten incasseren na het in het belachelijke trekken van een overval. Ik niet. Eens te meer ben ik niet meer dan een uit de mode geraakt element uit het ameublement. Nooit gedacht dat die karaktertrek mijn leven zou redden. Wat ik nog minder had verwacht, was dat net die eigenschap ervoor zou zorgen dat ik zou opvallen.